29-03-2014

LSG beste schaakgenootschap van Nederland

Jarenlang was het deftige Leidsch Schaakgenootschap (LSG) een stevige middenmoter in de meesterklasse. Een team dat jaar in, jaar uit duels uitvocht met het Hilversums Schaakgenootschap, dat van 2007 tot 2011 ieder jaar overtuigend kampioen van Nederland werd. De prestaties van het Bussums Schaakgenootschap staken daar lange tijd schril bij af, totdat de Bussumers in 2008 ineens ook in de meesterklasse speelden. Voor veel spelers was de wedstrijd tegen LSG de eerste kennismaking met de hoogste klasse van de Nederlandse schaaksport en dat was geen fijne herinnering: BSG verloor die wedstrijd heel dik. Twee seizoenen geleden mocht BSG het weer proberen en ook dat liep niet goed af, net als de bekerwedstrijd later in het seizoen. Desondanks degradeerde LSG samen met HSG en was BSG ineens het beste schaakgenootschap van Nederland. LSG zon op wraak. Als promovendus hielden ze stevig huis in het begin van de competitie en na de nederlagen tegen koploper En Passant en Utrecht moest er tegen BSG weer gewonnen worden: het werd 5½-4½.

Het is een homogeen team, het team van LSG. Alle spelers zijn meesterklassewaardig en met Nikolitsj heeft het een echte vedette. Geen wonder dat het team het goed doet: met nog twee ronden te gaan staat LSG op de tweede plaats achter de ongenaakbare koploper En Passant. BSG staat aan de andere kant van de ranglijst: na vijf opeenvolgende nederlagen is de rode streep toch wel erg dichtbij gekomen. In de wedstrijd bleek overigens weinig van het ranglijstverschil: voor hetzelfde geld had BSG gewonnen en dus hadden de Bussumers alle reden om zich bekocht te voelen.

Dat het spannend zou worden, daar zag het aanvankelijk nog niet echt naar uit. Na een kleine drie uur spelen had het Apenhoofd aan bord twee van Predrag Nikolitsj verloren. Dat viel nog onder de categorie "kan gebeuren", net als de nederlaag van Frans Borm tegen Eelke Wiersma. BSG heeft een invallersprobleem: dit seizoen hebben alle invallers een nul gepakt. Het niveauverschil tussen BSG 1, dat in de meesterklasse speelt, en BSG 2, dat in de derde klasse speelt, is te groot. De laatste keer dat een invaller een halfje pakte, is alweer twee jaar geleden...

Het werd pas echt vervelend toen Ewood boos de handdoek in de ring pleurde tegen Edwin van Haastert. Hij speelde weer een echte Ewood-partij: de opening verprutsen, daarna terugkomen, om het dan alsnog te verliezen. Door zijn nederlaag bleef hij keurig in de pas lopen met zijn broer, die eveneens de bedenkelijke score van 2 uit 7 heeft.

Gelukkig was er nog hoop: Ton speelde een wel erg angstig opererende Stefan van Blitterswijk helemaal weg. Na een vroeg remiseaanbod te hebben afgeslagen, kreeg Ton een stelling waarin hij alles had wat hij zich maar kon wensen (een ruimtevoordeel van hier tot Tookjo en het loperpaar), waarna de partij gauw beslist was. Grote Beer pakte het tweede puntje. Door een speling van het lot waren de sterkste spelers van beide schaakgenootschappen aan de zwakste spelers van de tegenpartij gekoppeld en dat leverde BSG aan bord vijf een puntje op ten koste van Wim Heemskerk.

Het stond dus 3-2 voor LSG en de tamelijk saaie remises van Frank tegen Mark van der Werf en die van Li tegen Arthur Pijpers veranderden niks aan dat verschil. Dus lag de druk op de schouders van Robert, Henk en Thomas. Robert en Thomas stonden bijna de hele partij gewonnen en Henk had een lastig eindspel met een stuk minder. De prognose was een gelijkspel, maar uiteindelijk kwam BSG bedrogen uit.

Thomas won een interessant eindspel van Jan-Willem de Jong. In de opening offerde hij eerst een pion en daarna een kwaliteit om wit positioneel in de houdgreep te nemen. De tactiek werkte perfect: wits stukken kwamen enorm krom te staan. Vooral de toren die op h2 geen kant meer op kon, wekte medelijden op. Toch duurde het nog een tijd voordat Thomas de vis op het droge had.

Minder verging het Robert, die zelf juist een kwaliteit meer had, maar erachter kwam dat de stelling helemaal niet zo makkelijk gewonnen was. Rudy van Wessel verdedigde zich erg goed en kon eeuwig schaak houden toen de stelling vereenvoudigde. Het huilen stond Robert na afloop nader dan het lachen.

Dus moest Henk remise zien te houden tegen Jan Sprenger. In het eindspel probeerde hij met penningen en patgrappen nog alles om het vege lijf te redden, maar slaagde daar uiteindelijk niet in. Na een uitgebreide analyse leek het erop dat Henk in het middenspel een goede kans had laten liggen, wat de nederlaag van hem en het team nog eens extra zuur maakte. De partij is exemplarisch voor het optreden van BSG van dit seizoen: te vaak worden kansen onbenut gelaten, terwijl de tegenstanders er doorgaans wel raad mee weten. In plaats van de kleine nederlaag had BSG dus zelf kunnen winnen.

Consequenties voor de stand had het gelukkig niet: naaste concurrent Apeldoorn verloor van Voerendaal en werkte zich nog verder het degradatiemoeras in. Ondertussen speelde Utrecht, dat over twee weken de volgende tegenstander van BSG is, zich veilig door een overwinning op Groningen. Robert kan alvast twee kratten bier naar Haarlem gaan slepen... BSG kan ondanks de nederlaag nog wel redelijk optimistisch de toekomst tegemoet treden: het vertoonde spel was stukken beter dan in de vorige ronden en dat biedt vertrouwen voor de laatste twee krachtmetingen van het seizoen. BSG heeft de handhaving nog in eigen hand.

LSG (2415) - BSG (2337) 5½-4½
1. R van Wessel f (2395) - R Ris m (2409) ½-½
2. P Nikolitsj g (2624) - J de Groote (2182) 1-0
3. M van der Werf m (2424) - F Erwich f (2315) ½-½
4. J Sprenger m (2495) - H van der Poel f (2227) 1-0
5. W Heemskerk f (2288) - A Berelowitsch g (2539) 0-1
6. E van Haastert m (2411) - E de Groote (2367) 1-0
7. A Pijpers (2365) - L Riemersma m (2423) ½-½
8. JW de Jong m (2459) - T Willemze m (2400) 0-1
9. S van Blitterswijk m (2362) - T van der Heijden (2292) 0-1
10. E Wiersma m (2328) - F Borm m (2219) 1-0

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Heeft u vragen en/of toevoegingen, laat dan hier een reactie achter: