Klok
Elk jaar gebeurt het twee keer dat de tijd wordt gemanipuleerd. De klok wordt de ene keer een uur vooruit gezet en de andere keer een uur achteruit gezet, waardoor we denken dat het later is dan het eigenlijk is. Maar wat levert dit – behalve verwarring – op?
De zomertijd heeft wel degelijk nut. Zonder zomertijd zou de zon 's zomers al om kwart over vier opkomen:
21 juni:
Schemering – 4:29 (zonder zomertijd: 3:29)
Zonsopkomst – 5:18 (4:18)
Hoogtepunt – 13:42 (12:42)
Zonsondergang – 22:07 (21:07)
Schemering – 22:56 (21:56)
De schemering is de periode dat de zon 6 graden of minder onder de horizon staat. Op dagen met weinig bewolking begint het dan ook licht te worden. Op bewolkte dagen blijft het dan vaak nog wel donker.
Werkdag
Een werkdag begint meestal om 7:00 uur. Het zou mooi zijn als de zon ook op dat moment opkomt, of misschien iets later, omdat de schemering ook al wat licht geeft. Hoe laat de zon ondergaat, maakt niet zoveel uit. Het zou mooi zijn als het na zessen zou zijn, na het avondeten, maar dat is niet altijd mogelijk.
Ideaal zou het zijn als de schemering om 7:00 begint. Dit is het geval op 27 februari:
27 februari
Schemering begint om 7:00
Zon komt op om: 7:32
13 maart
Schemering begint om 6:26
Zon komt op om: 6:59
25 maart
Schemering begint om 5:57
Zon komt op om: 6:30
7 april
Schemering begint om 5:25 (met wintertijd)
Zon komt op om: 6:00 (met wintertijd)
De schemering duurt iets langer dan een half uur. Een zonsopkomst van rond de 7:30 is ideaal, want er wordt dan amper daglicht verspeeld. Omdat de zomertijd de tijden een vol uur opschuift, moeten er dus grenzen worden bepaald waartussen een zonsopkomst wenselijk is.
- Een zonsopkomst na 7:30 is te donker
- Een zonsopkomst voor 7:00 is eigenlijk verspilling
Dit betekent dat er bij de verschuiving van wintertijd naar zomertijd altijd wel een periode is waarbij de zonsopkomst buiten dit gebied valt. Als we er voor het gemak van uitgaan dat de tijd die de zon voor 7:00 opkomt even "zwaar" weegt als de tijd die de zon na 7:30 opkomt en dat de "straf" toeneemt naarmate de afwijking groter is, dan moet de zomertijd ingaan op het moment dat de zonsopkomst voor 6:45 dreigt te vallen.
Dit gebeurt op 19 maart, de laatste dag van de winter:
18 maart
Zonsopkomst – 6:47
Zonsondergang – 18:51
19 maart
Zonsopkomst – 6:45
Zonsondergang – 18:53
20 maart
Zonsopkomst – 6:42
Zonsondergang – 18:54
Op dat moment zou het voor Amsterdam niet uitmaken of het zomertijd is of wintertijd. Op 20 maart zou de zomertijd “voordeliger” moeten zijn. De zomertijd zou dus eigenlijk op de eerste zondag in de lente moeten vallen.
Dit geldt dus voor Amsterdam. Aan het eind van de winter duren de dagen in heel Europa vrijwel even lang. Het enige is dat Nederland (Amsterdam) in West-Europa ligt, waardoor de zon hier later opkomt en ondergaat dan in Oost-Europa, dat in dezelfde tijdzone zit. Daar zou de zomertijd dus nog vroeger moeten ingaan.
In Nederland worden de dagen al snel weer te lang voor de zomertijd. Na 7 april komt de zon weer vrolijk voor 7:00 op. Een maand later zelfs voor 6:00. Daar helpt de zomertijd niet meer tegen. Misschien zou er een tweede zomertijd moeten worden ingevoerd in april, maar dat is weer zo omslachtig. Een zonsondergang rond middernacht is ook niet alles.
Kortom: de zomertijd lost niet alle problemen op met te vroege zonsopkomsten, maar de problemen worden er wel mee verkleind.
Apenhoofd, 30-08 2008
Uw beoordeling van dit artikel:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten
Heeft u vragen en/of toevoegingen, laat dan hier een reactie achter: