14-11-2015

Wel viskraam, geen sardientjes

Het SGS-snelschaakkampioenschap voor clubteams haalt bij mij altijd weer mooie herinneringen naar boven. Zoals die keer in het Visnet in Huizen, toen we van het kampioenschap droomden en netjes in de subtop eindigden. Of wat te denken van die laatste plaats in Giessenburg? Ondanks dat de resultaten niet altijd even goed waren vermaakte ik me die middagen wel, ook vanwege het vechtschaak dat ik bij die gelegenheden tentoonspreidde. Dit keer werd het toernooi weer gewoon bij En Passant in Bunschoten gespeeld, net zoals de afgelopen jaren.

Het animo op de club voor het toernooi was niet heel groot en dus kon BSG één team samenstellen. Het was wel een mooi gebalanceerd team met zelfs een reserve. Nou ja, dat was in ieder geval de bedoeling, want op de dag voor de wedstrijd kwam het bericht binnen dat Eddy of Squares was aangereden en een aantal botten had gebroken. Beterschap Eddy! Natuurlijk stelde het ongerief, net als de pech dat iemand in de supermarkt de laatste zes (!) croissantjes voor m'n neus wegkaapte, vergeleken de drama's in Parijs natuurlijk helemaal niets voor. Maar je koopt er, behalve een koffiebroodje als niet helemaal volwaardig substituut, verdomd weinig voor.

Hoewel ik vrij vaak aan het toernooi heb meegedaan, kan ik me niet herinneren dat ik ooit in de subgroep heb gespeeld. Doordat we niet zo'n heel sterk team hadden en iedereen liever 10-minutenpartijen dan 5-minutenpartijen speelde, kozen we er bewust voor om niet in de hoofdgroep mee te spelen. Ik moest ook behoorlijk aan de nieuwe gezichten wennen. In de top van de Nederlandse schaakwereld ken ik alle gezichten en bijbehorende namen wel, maar op de lagere niveaus is het met mijn kennis droevig gesteld. Wie ik wel kende, waren de spelers van Baarn. Hun zestal zou, met onder anderen Pascal, Sizzel en Yme, in de hoofdgroep niet hebben misstaan. Ze waren verrast dat wij ook in de laagste groep zouden spelen, maar dan niet echt op een blije manier, want nu hadden ze er een stevige concurrent bij. Toch bleef de sfeer altijd gezellig en daar draait het in deze barre tijden natuurlijk om.

In het ruime muziekgebouw begon het toernooi voor ons met twee makkies: in de eerste ronde versloegen we Hoogland met 5-1 en daarna werd Nijkerk, dat in de eerste ronde vrij was en daardoor kennelijk omhoog werd ingedeeld, met dezelfde cijfers verslagen. Vervolgens viel het dubbeltje in de moeilijke wedstrijden steeds de goede kant op. Dankzij een onvervalste schwindel van FM Henk wonnen we de topper tegen Zeist en na de pauze werden ook Amersfoort en Woerden met het kleinst mogelijke verschil geklopt. Zo waren we na vijf ronden al goed op weg om ons te plaatsen voor de finalepoule. Eén gelijkspel in de laatste twee ronden zou daarvoor genoeg zijn.

Tegen Baarn kwam dat gelijke spel er niet. Hoewel ik nog een roteindspel tegen Sizzel wist te houden, verloren we de wedstrijd wel nipt. Het gevolg was dat we in de laatste ronde tegen het derde team van Paul Keres mochten. "Van Zeist verloren we ook met 6-0" was het commentaar van de Utrechtenaren nadat het 5½-½ was geworden.

Het betekende dus dat we ons glansrijk voor de finalepoule hadden geplaatst. In de play-offs van drie wedstrijden streden de vier sterkste teams van de subgroep om de toernooioverwinning. Wij mochten eerst tegen Baarn, maar nu met verwisselde kleuren. Opnieuw kwam ik er tegen Sizzel nauwelijks aan te pas en dus mocht ik blij zijn dat ik een halfje aan het avontuur overhield. Ook nu wonnen Henk (van Pascal) en Tom (van Yme) en door de overwinning van Daniël was dat nu wel genoeg voor de zege.

Tegen Amersfoort ging het minder, ondanks dat ik voor het eerst in het toernooi het gevoel had een fatsoenlijke partij te hebben gespeeld. Naast me verloor FM Henk van degene tegen wie ik eerder in het toernooi een goede stelling in de soep had laten lopen. Henk, die tot dat moment alles had gewonnen, merkte beteuterd op dat hij eerder mat in drie had kunnen geven. In ieder geval zat BSG nu precies aan de verkeerde kant van de score. Zodoende gingen Zeist en Amersfoort met 3 punten de laatste ronde in, voor BSG met 2 en Baarn met geen punten.

In de laatste ronde was Zeist dus de tegenstander. Ik had zelf nog even een plaspauze genomen en toen ik terugkwam zag ik dat mijn tegenstander mijn klok al had aangezet en dat ik een halve minuut van mijn bedenktijd kwijt was. Daar was ik natuurlijk niet zo blij mee. Doordat mijn tegenstander (een man met een wit baardje, maar ik weet echt niet wie het was) maar snel bleef zetten, had ik ook geen schijn van kans om mijn tijdsachterstand in te lopen. Gelukkig wist ik met veel pijn en moeite een verraderlijk eindspel te winnen. Naast me had Henk weer gewonnen, terwijl Tom tegen een dame (waar hij eerder in het toernooi al van had verloren) een toreneindspel met drie minuspionnen remise hield. De staart haalde echter geen punten meer (Sicco had het over een toernooi dat als een nachtkaars uit was gegaan) en dus won Zeist de wedstrijd en het kampioenschap. Amersfoort eindigde in de finale gelijk, maar legde het af vanwege de slechtere score in het reguliere toernooi. BSG werd derde, Baarn werd vierde.

In de hoofdgroep was Paul Keres de sterkste, ondanks dat thuisploeg En Passant de topscorers van het toernooi had (Hans Böhm scoorde geloof ik 18 uit 20 en Jan Willem van de Griendt, de man van het dame-eindspel, scoorde zelfs 18½ punt in de 20 5-minutenpartijtjes). FM Henks score van 9 uit 10 werd in de prijsuitreiking ook nog even genoemd, waarna een speler van Paul Keres een digitale schaakklok in ontvangst mocht nemen. Ook werd de viskraam, die er dit jaar weer bij was (zo'n regionaal kampioenschap moet immers financieel worden uitgebuit) nog even genoemd. De gefrituurde vis vond in ieder geval gretig aftrek. Terwijl de duisternis langzaam inviel, liepen we weer terug de regen in. En dat was het.

Uitslagentabel van het toernooi.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Heeft u vragen en/of toevoegingen, laat dan hier een reactie achter: