Het was een afmattende aangelegenheid. Al ruim twee uur was AZ bezig tegen Sporting Lissabon. Alle spelers liepen met hun tong op hun schoenen. De AZ-spelers hadden net genoeg energie om te vragen hoelang de wedstrijd nog zou duren, terwijl de bezoekers uit Lissabon met man en macht de achterstand ongedaan probeerden te maken. Dat gebeurde allemaal op de Bevrijdingsdag van 2005. Terwijl de laatste seconden aftikten, viel uit het niets een Portugees doelpunt en ging Sporting Lissabon alsnog naar de finale van de UEFA-Cup. Alkmaar was in rouw en in Lissabon keek men vol vertrouwen uit naar de finale, die ook nog eens in eigen stadion plaatsvond. Tegenstander was CSKA Moskou, een ploeg waar nog niemand van had gehoord. Dat kon niet misgaan...
Dit jaar had Bayern München iets om naar uit te kijken: de finale van de Champions-League zou in hun Allianz-Arena worden gespeeld. Dat leek speciale krachten los te maken bij de Duitsers, die het veel sterker geachte Real Madrid in de halve finales op strafschoppen uitschakelden. Tegenstander in de finale was Chelsea, dat het eveneens veel sterker geachte Barcelona uitschakelde. Toch hadden de Engelsen alle statistieken tegen voor de finale: Bayern speelde thuis en in het rood. Dat bleek echter niet genoeg om in de reguliere speeltijd het verschil te maken. Pas heel laat in de wedstrijd kreeg Chelsea de rekening gepresenteerd voor het afwachtende spel. Daarna ging de ploeg wat meer aanvallen en jawel hoor, het was bij de eerste corner al meteen raak. Een scenario zoals in de Champions-Leaguefinale van 1999 tegen Manchester kwam gelukkig niet uit voor Bayern: het bleef 1-1 in de reguliere speeltijd.
Het breekpunt van de wedstrijd kwam pas in de verlenging, toen Robben een penalty mocht nemen en het buitenkansje verkwanselde. Zodoende kwam het toch weer op strafschoppen aan. Bayern had de statistieken mee, speelde naar de eigen aanhang en mocht ook nog als eerste aanleggen. Alle ingrediënten om de finale te winnen waren in huis. Ze begonnen ook voortvarend aan de strafschoppen, maar helaas hadden ze maar twee spelers die een strafschop durfden te nemen. Robben kampte nog met de naweeën van zijn eerdere mispeer, maar dat uiteindelijk de keeper maar achter de bal ging staan, zei genoeg. Bayern verprutste de laatste twee strafschoppen, dus won Chelsea maar.
Al met al was het maar een vrij saaie finale, die eigenlijk ook nog eens werd verpest door het thuisvoordeel dat Bayern München had. Daardoor stond Chelsea al vanaf het begin tegen de muur, maar ondanks alles wonnen ze wel. Dat is knap, maar het is misschien ook wel de zwakte van Arjen Robben. De man van glas is zonder meer een briljant voetballer, maar geen winnaar. Op de beslissende momenten geeft hij niet thuis.
Play-offs
Ook in Nederland is er nog een voetbalfinale na een lang en slopend seizoen. Naast de promotie/degradatiewedstrijden zijn er nog de Play-offs om Europees voetbal. Niemand loopt warm voor de Play-offs, die jaren geleden zijn ingevoerd. Wat het nut ervan is? Niemand die het weet. Door een rare speling van het lot ging het voor "favoriet" FC Twente nergens meer over: bij winst speelden ze in de Europa-League, maar bij verlies ook. Ze zaten met een dilemma: wilden ze hun seizoen redden, of wilden ze voorkomen dat Excelsior (waarom zij?) Europees voetbal zou spelen? Inspiratiloos liet de ploeg van Steve McClaren zich afslachten door voetbaldwerg RKC, dat vervolgens weer werd afgeslacht door Vitesse. Hoewel de wedstrijden niemand interesseerden, komt het dankzij de op handen zijnde plaatsing van Vitesse misschien toch weer goed met het Nederlands voetbal.
WK schaken
Ook de schaakfinale tussen Anand en Gelfand kan maar weinig mensen bekoren. Wereldkampioen Anand ziet er uitgeblust uit, terwijl uitdager Gelfand uitermate solide, doch uitermate saai speelt. Keer op keer komt er al vlug een uitgekauwde remisestelling op het bord. Inmiddels zijn de eerste zes partijen in een puntendeling geëindigd. Er zijn nog zes te gaan. Zou het de eerste WK-match worden die alleen in remises eindigt? Veel mensen hadden liever mensen als Kramnik of Aronian in de finale gezien, maar die lieten zich in de kandidatenmatches verrassend inpakken door Grisjtsjouk, die vervolgens van Gelfand verloor.
Daarmee is de zwakke plek blootgelegd van de finale: de leukste gevechten vinden in een eerder stadium plaats. Vaak komen de degelijkste ploegen/spelers het verst, niet de ploegen/spelers die het publiek het beste kunnen vermaken. Daarvoor is hun spel kennelijk te riskant, of speelt de toevalsfactor een te grote rol. De toevalsfactor heeft natuurlijk zijn charme, maar uiteindelijk wordt er wel de prijs voor betaald. Daardoor is de finale vaak niet meer dan een mislukt nagerecht.
PS. Met Sporting Lissabon liep het in 2005 niet goed af. Hoewel ze met een 1-0-voorsprong aan de rust begonnen (de analysten beschreven het spel van CSKA Moskou als "Willem II-niveau"), verloren ze uiteindelijk met 1-3. Een finale in de eigen achtertuin kan dus ook volledig verkeerd uitpakken.