Ter ere van alweer zijn 25e verjaardag wilde Grotovsky lekker een middagje karten. In Enschede. Voor zijn schaakmatties van Dr. Max Euwe was dat niet zo'n probleem, maar voor zijn vrienden en familie uut westen wel. Het betekende dat Grotovsky uiteindelijk op drie dagen een aanval kon doen op het baanrecord.
Gisteren was de laatste groep aan de beurt, de groep met de grootste reisafstand. Plichtsgetrouw bracht Jean Loulou vier kinderen naar het verjaardagsfeestje: op de achterbank zaten de witte, Pinda en zijn vriendin Manon (gehuld in een stoer Super(wo)man-shirt) en voorin ondergetekende. Om zes voor één waren we bij het kartcentrum, maar er was nog geen spoor van Grotovsky. Zou hij zich als een Hamilton verslapen hebben? Pinda belde hem daarom maar op. Grotovsky stond op het punt weg te gaan en hij zou er zo zijn. Het deed me een beetje denken aan de volgende anekdote die ik ooit eens tegen het lijf liep:
Edward Lasker tells the story of how, in 1915 at a tournament in New York, Ed. Lasker was scheduled to play Capablanca in the second round. Capablanca did not show up on time and Ed. Lasker waited, restless because he did not want to win the game by default. Finally, with ten minutes left, he tried to get Capablanca on the phone at his hotel. When Capablanca answered Ed. Lasker said, "Where are you? They are going to forfeit your game!" Capablanca answered, "I was just ready to leave. I'll be right over. Why did you call me? This makes me lose a minute!"
This would seem very rude of Capablanca but Ed. Lasker said, "He simply made a statement which he knew to be correct, and it would never have occurred to him that I or anyone else might misinterpret his attitude."
Of course Capablanca, despite having almost no time left on his clock, won.
Uiteindelijk kwam Grotovsky één minuut over één al zigzaggend aanfietsen, één minuut nadat het kartcentrum officieel zijn deuren opende. We gingen dus maar naar binnen, waar we ons via ons Facebook-profiel konden aanmelden. Grotovsky had dat natuurlijk al gedaan en dus moest hij wachten totdat de rest zich door een hele vragenlijst heen had gewerkt. Daarna kwam hij triomfantelijk met de kaartjes aanzetten en was het tijd voor het echte werk.
In de eerste heat startte Grotovsky vrolijk vooraan. Het was opmerkelijk rustig in het kartcentrum en we hadden de baan voor ons alleen. De motoren werden pas op het allerlaatste moment gestart, wat betekende dat Grotovsky al aan de horizon was verdwenen toen Jean Loulous kart eindelijk was opgestart. Zelf startte ik als vijfde, waardoor ik al bijna een ronde achterstand had opgelopen.
Ik kwam er al heel snel achter dat de karts op koude banden moeilijk te besturen waren. Al in de eerste ronde ging ik bij twee haarspeldbochten dwars, waarna ik ze maar op een alternatieve manier moest nemen. Na die twee bloopers ging het beter en kon ik snellere rondetijden rijden, ook omdat ik het circuit een beetje kende door Youtube, maar in mijn pogingen om als een Nico Rosberg over de baan te vliegen, klapte ik ook geregeld in de muur. Misschien kwam het doordat ik in de kart met startnummer 13 (het nummer van brokkenpiloot Pastor Maldonado) reed, of doordat de remmen nauwelijks wat deden. In ieder geval probeerde ik de twee snelle linkerbochten in het begin van het circuit steeds volgas te nemen, maar dat liep niet altijd goed af. Eén keer klapte ik met een behoorlijke snelheid zijwaarts in de muur, waarna een baanpost me tot rust maande. Daarna deed ik het wat rustiger aan.
Doordat we ver uit elkaar waren gestart en de snelheidsverschillen vrij gering waren, was het een eenzame heat voor me. Slechts tegen het eind kwam ik een paar deelnemers tegen. Dat zullen Manon en Jean Loulou wel zijn geweest, die in de eerste heat het traagst waren. Zelf was ik met een snelste ronde van 42,085 derde van het spul, zeven tienden trager dan Grotovsky, die niet erg blij was met zijn kart. Pinda was netjes tweede.
Rondetijden in de eerste heat.
Na een korte onderbreking was het tijd voor de tweede heat. Jean Loulou zat te klagen over de benzinelucht waar hij versuft van was geraakt, waardoor hij verstek liet gaan. Ditmaal had ik de kart met startnummer 6 en waande ik me echt een Nico Rosberg. De karts werden nu wel allemaal van tevoren gestart, zodat we achter elkaar konden wegrijden. Het bleek nog niet zo makkelijk om de motor niet af te laten slaan en het wegrijden lukte ook niet echt. Slechts na het maken van enkele stuurbewegingen kwam mijn bolide tot leven, waarna ik het ook nog presteerde om de kart al bij het eerste rempunt achterstevoren te zetten, waardoor ik pas op grote achterstand mijn weg kon vervolgen.
Daarna bleef ik een vrij rommelige wedstrijd rijden. Ik probeerde mijn kart wat meer bij het remmen de bochten door te gooien, maar dat kostte me zoveel kracht, dat ik halverwege de heat amper de bochten meer door kon sturen. Daarom besloot ik maar wat soepeler te gaan rijden om mijn spieren te ontlasten, maar hoe langer de heat duurde, hoe heviger mijn bovenlijf door de g-krachten door mijn zitje werd geslingerd (de karts waren niet voorzien van een gordel).
Halverwege mijn stint zag ik dat iemand vlak achter me zat. Ik vermoedde dat het Grotovsky was en ik wilde hem op een snel stuk voorbij laten, maar tot mijn verbazing had hij me al in de chicane daarvoor te pakken genomen, waardoor ik bijna de muur in vloog. Doordat ik meteen daarna nog een keer dwars ging, verloor ik de snelheidsmaniak helemaal uit het oog. Ik reed de laatste ronden rustig naar de finish, zonder verder nog stomme dingen te doen.
Fysiek gebroken stapte ik beduusd uit. De niet-meer-jarige job had me er flink van langs gegeven. En hij was waarschijnlijk niet de enige. Hoe groot was mijn verbazing toen ik mijn hondekop op de tweede plaats van het podium getekend zag, met een tijd van 40,79. De winnaar was, zo bleek achteraf, de zoon van de eigenaar. Hij reed een tijd van 38,62. Vreemd genoeg had ik mijn reisgenoten, onder aanvoering van Beerin, verslagen. Grotovsky was slechts vijfde en weet dat aan zijn bijna onbestuurbare kart. Hij wilde dolgraag nog een keer. Vinnie Jones, Beerin en de_witte hapten toe. Mij leek het niet verstandig om nog een keer te gaan, dus ging ik maar met een andere oude man het restant van de Grand Prix van Monaco kijken.
Rondetijden in de tweede heat.
In de laatste heat liet Grotovsky eindelijk goede tijden zien. Al driftend en glijdend kwam de man met de bruine schoenen op een tijd van 39,40 uit. Hij reed in de laatste heat maar liefst elf (!) keer onder de magische grens van 40 seconden, een horde die hij tot op dat moment niet had genomen. Pinda reed zijn beste tijden van de middag (twee keer een 40,812), waarmee hij een fractie sneller was dan Beerin (41,07), die na de eerste sessie had ontdekt dat ze veel tijd kon winnen door te remmen. De witte had nu Grotovsky’s onbestuurbare kart, waardoor hij gemiddeld zo’n twee seconden per ronde trager was dan in zijn tweede sessie en er niet aan te pas kwam.
Rondetijden in de derde heat.
Met de snelste tijd op zak, kon Grotovsky tevreden naar huis gaan. Vanaf een viaduct zwaaide hij ons uit, terwijl wij de lange terugreis aanvingen. Jean Loulou wist het gaspedaal nu wel te vinden en niet bevangen door de benzinedampen, bracht hij ons weer veilig terug naar Bussum. Wat we aan het avontuur hadden overgehouden? Spierpijn en dit lijstje:
Tot slot: de snelste rondetijden en het getrimde gemiddelde (30% van de snelste en traagste ronden eruit) van iedereen.