26-12-2012

2012, het jaar van de veranderingen

2012 bracht ons niet het einde der tijden, al kwam er wel een einde aan het kabinet-Rutte I. Toch werd Rutte, net als Obama, weer herkozen. In het jaar van de veranderingen bleef alles dus eigenlijk weer bij het oude. Griekenland bleef het hele jaar balanceren op het randje van faillissement, zonder eroverheen te duikelen, in tegenstelling tot bijvoorbeeld het Nederlands voetbalelftal. De ING-leeuw bleef tijdens het Europees Kampioenschap in zijn hemdje staan en dat kostte Bert van Marwijk zijn baan. Ondertussen werd Ajax landskampioen na een inhaalrace, terwijl AZ de omgekeerde weg bewandelde: 2012 verliep van A tot Z rampzalig voor de Alkmaarse ploeg. Ondertussen werd Voerendaal voor het eerst in de geschiedenis landskampioen met schaken, terwijl BSG voor de koningsklasse van de Nederlandse schaaksport behouden bleef.
 
Op deze plaats gaat ook iets veranderen: ik ga stoppen met schrijven, zoals ik in het begin van het jaar al had aangekondigd. Het kost me veel tijd om steeds weer nieuwe artikeltjes te publiceren. Die tijd kan ik beter in het schaken of mijn werk steken. Ook vind ik het jammer dat ik weinig lezers heb en dat mijn artikelen kennelijk weinig emoties of reacties oproepen. Dat moedigt mij ook niet verder aan om te schrijven. Wie doe ik er een plezier mee? Wel weet ik dat ik er heel veel mensen geen plezier mee doe, getuige de afkeurende reacties op een vrij negatief artikel. Dergelijke artikelen vormen een potentieel probleem in de toekomst en daarom is het misschien verstandig om er niet nog meer op internet te zetten. Uiteindelijk leveren ze me waarschijnlijk alleen maar hoofdpijn op.
 
Wel vind ik het erg jammer om te stoppen. Artikelen schrijven vind ik doorgaans erg leuk en ik kan er een hoop creativiteit in kwijt. Bovendien zijn de faciliteiten bij Blogger fantastisch: het opstellen van artikelen is een waar genot. Bovendien vind ik mijn weblog er fantastisch uitzien. Daarom is het een erg pijnlijk besluit, maar ik moet verder in het leven en daarbij horen andere prioriteiten.
 
Ik hoop dat 2013 me een hoop moois zal brengen. Ik hoop in ieder geval dat er een paar wensen zullen uitkomen. Ik zou graag een vriendin willen. Ook hoop ik dat ik mijn schaakrating(s) tot boven de 2200 kan opkrikken. Daarnaast zou ik voor het eerst in heel veel jaren weer echt op vakantie willen gaan. Dat vind ik vooralsnog de belangrijkste dingen. Dan is het mooi meegenomen als het op mijn werk goed gaat, dat ik af en toe een mooi schilderij maak of dat ik ver kom met het maken van een boek over het Nederlandse klimaat. Maar allereerst is het belangrijk dat ik probleemloos op mezelf kan wonen. Misschien wordt het nog wat met mij.

25-12-2012

2012, mijn lastigste jaar ooit

Het was een rijk jaar, maar het was ook een hartverscheurend jaar. In 2012 veranderde heel veel in mijn leven. Twee weken lang scheen de zon voor me, maar de rest van het jaar werd gekarkteriseerd door zware bewolking, hoosbuien en windvlagen. Uiteindelijk ben ik heel veel dierbaars kwijtgeraakt en daarmee heeft het jaar zich wel aan mijn sombere verwachting gehouden. En dat terwijl het zo mooi begon: ik ben dit jaar voor het eerst in m'n leven verliefd geworden. De wereld zag er toen nog perfect uit en ik had toen absoluut niet kunnen bevroeden dat mijn toekomst er zo somber uit zou zien. Maar al gauw kwamen er spanningen en liep het enorm uit de hand. Het leidde er zelfs toe dat ik m'n huis uit werd gezet. De rest van het jaar stond vooral in het teken van de verhuizing, een nieuwe stap naar het zelfstandig worden. Al met al heb ik dit jaar veel geleerd, maar wel tegen een te hoge prijs. Ik verlang daarom terug naar het saaie 2011, toen de wereld nog zo lekker ongecompliceerd was. Dat zit er niet in en daarom blijf ik maar even in de gevoelswereld van 2012 met een heus muziekoverzicht. Ik heb bij elke maand iets bijpassends proberen te vinden en ik denk dat dat redelijk gelukt is.

Deel 1 - Eindelijk gelukkig?
 


Januari is de moeilijkste maand in zo'n terugblik en dit nummer doet me denken aan de tijd dat Sheba overleed.



Alles was mooi in februari en daarom heb ik dit prachtige live-optreden maar uitgekozen. Het is veel en veel beter dan de albumversie.



Nou, daar gaan we dan naar het volgende thema...



Complicaties.

Deel 2 - De klap



Even terug bij pappie en mammie.



Eenzaamheid.



Eerlijkheid is alles.



Weg uit Amstelveen.

Deel 3 - Terugblik









Zo, dat was mijn Top 12 van dit lastige jaar. Ik hoop dat jullie ervan hebben genoten.

18-12-2012

De oude man

Het zal waarschijnlijk iedereen ontgaan zijn, maar we leven in een bijzondere tijd: voor het eerst sinds 2007 is een man de oudste nog levende persoon op aarde. Bijzonder, want mannen leven over het algemeen een aantal jaartjes korter dan vrouwen in de Westerse wereld. In Nederland overlijden mannen bijvoorbeeld gemiddeld ruim vijf jaar jonger, waardoor de verzorgingstehuizen vooral door oude besjes worden bevolkt.
 
Lange tijd heb ik die kortere levensverwachting van mijn geslacht ter kennisgeving aangenomen, maar op de middelbare school werd ik toch wel benieuwd hoe dat nou kon komen. Ik kwam er maar niet achter. Waren het louter natuurlijke verschillen die het enorme verschil in levensverwachting (ongeveer 80 om 75 jaar in de jaren 90) konden verklaren, zoals het verschil dat vrouwen twee X-chromosomen hebben, waardoor ze minder kans hebben op nare erfelijke ziektes? Of verouderden vrouwen trager, zoals de biologiedocente zei?
 
In ieder geval is het verschil in levensverwachting tussen mannen en vrouwen lang niet meer zo groot als vroeger. Wanneer de sterftekansen niet meer zouden veranderen, zou een in 2011 geboren jongen gemiddeld ruim 79 jaar leven - dat is dus zijn levensverwachting. Een meisje zou volgens diezelfde methode gemiddeld bijna 83 jaar op deze vijandige wereld rondlopen. Een verschil van nog geen vier jaar dus. In de jaren 70 van de vorige eeuw was dat verschil nog bijna zeven jaar. Mannen zijn bezig aan een inhaalslag, voornamelijk doordat ze minder zijn gaan roken.
 
Toch is er nog steeds een verschil. Een tijdje geleden had ik de CBS-gegevens over doodsoorzaken in 2010 gedownload. Het levert een hele schat aan informatie op. Eerst maar wat kale cijfertjes die ik zelf heb berekend (met de nodige afrondingsfouten erin):
 
De levensverwachting was in 2010 78,67 jaar voor jongens en 82,58 jaar voor meisjes (de werkelijke waarden zijn iets hoger). Mannen waren gemiddeld ongeveer 74 jaar bij overlijden en vrouwen 79½ jaar (doordat er relatief weinig oude mensen in Nederland zijn, overlijden er dus relatief veel jonge mensen). De kans om te overlijden neemt vanaf het dertigste levensjaar met ruim tien procent per jaar toe en verdubbelt binnen zeven jaar. Hierdoor schiet de kans om binnen een jaar te overlijden omhoog van ongeveer een op de honderd rond de pensioengerechtigde leeftijd, via een op de twintig rond je tachtigste naar een op de drie in de hoogste leeftijdscategorie (boven de 95 jaar).
 
 
De kans om te overlijden neemt vanaf een jaar of 20-30 exponentieel toe met de leeftijd.

In de grafiek is goed te zien dat het overlijdensrisico voor mannen op vrijwel alle leeftijden hoger is. Dat springt er in de volgende grafiek goed uit:
 
 
Mannen hebben op vrijwel alle leeftijden een grotere kans om te overlijden. Het relatieve risico is het grootst rond hun twintigste en is daarna ongeveer anderhalf keer zo hoog.
 
Door het hogere overlijdensrisico blijven er met de tijd minder mannen dan vrouwen over. Gemiddeld genomen heeft een man dezelfde overlijdenskans als een vrouw die vier jaar ouder is dan hijzelf. Dat is goed te zien in de overlevingsgrafiek:
 
 
De overlevingsgrafiek van mannen is zo'n vier jaar naar links geschoven vergeleken die van vrouwen. Op de y-as staat het aantal individuen dat een bepaalde leeftijd bereikt wanneer een "cohort" van 100.000 (virtuele) jongens en meisjes uitsterft.
 
De oppervlakte onder een dergelijke grafiek is overigens de levensverwachting. Interessante data, maar het raadsel waarom mannen nog steeds zo'n vier jaar eerder overlijden wordt er niet mee opgelost. Daarvoor moeten de doodsoorzaken worden bestudeerd.
 
In de volgende grafiek heb ik de sterftekansen van mannen en vrouwen van verschillende doodsoorzaken weergegeven. Het is een heel gepriegel geworden:
 

Sterftekansen van mannen (donker) en vrouwen (licht) van de belangrijkste doodsoorzaken: kanker (door het CBS als "nieuwvormingen" aangeduid), hart- en vaatziekten, ademhalingsziekten en uitwendige doodsoorzaken (ongelukken, geweld, zelfmoord).

De sterftekansen zijn voor mannen doorgaans hoger, al zijn er interessante observaties te maken: zo overlijden mannen tot een jaar of 55 minder aan kanker dan vrouwen, maar halen ze dat op latere leeftijd ruimschoots in. Long- en prostaatkanker lijken hier voornamelijk debet aan te zijn. Ook de ziekten aan de ademhalingsorganen openbaren zich op latere leeftijd meer bij mannen - dat zal wel met hun hogere tabaksconsumptie te maken hebben.
 
Onthutsender liggen de zaken bij de hart- en vaatziekten. Mannen hebben op alle leeftijden een aanzienlijk hogere kans om hieraan te overlijden - rond hun zestigste is de kans meer dan twee keer zo hoog. Toch zijn dat niet verhalen die je veel hoort. Doordat de sterfte aan hart- en vaatziekten enorm met de leeftijd stijgt, overlijden er momenteel zelfs meer vrouwen dan mannen aan en daar hoor je wel iedereen over.
 
Een groot verschil in sterfte zit in de "uitwendige doodsoorzaken", dat zal niet als een verrassing komen. Wel verrassend vind ik de abrupte stijging boven de 70 jaar. Natuurlijk worden mensen kwetsbaarder op die leeftijd en kennelijk compenseren ze dat niet voldoende door voorzichtiger te worden.
 
Al met al blijken deze vier categorieën van doodsoorzaken 84 tot 87 procent van het totale verschil in levensverwachting te verklaren:
 
Kanker 1,12 - 1,42 jaar (29-36 %)
Hart- en vaatziekten 1,05 - 1,31 jaar (27-34 %)
Uitwendige doodsoorzaken 0,43 - 0,50 jaar (11-13 %)
Ziekten aan ademhalingsorganen 0,35 - 0,52 jaar (9-13 %)
 
Al deze doodsoorzaken bij elkaar verklaren 3,28 tot 3,39 jaar van het verschil in levensverwachting. Dat is heel leuk, maar wat deze verschillen veroorzaakt, is nog niet meteen duidelijk. Wel weten we in welke richting we moeten zoeken. Longkanker en ziekten aan ademhalingsorganen duiden op roken. Roken is ook slecht voor het hart: zo hadden mannen tijdens het hoogtepunt van de rokersepidemie in 1980 van hun 50e tot 65e meer dan drie keer zo veel kans om te overlijden aan iets met hun hart dan vrouwen, dat verschil is nu wat minder. Historisch gezien zijn mannen toch al kwetsbaar op die leeftijden:
 
 
Verhouding sterftekansen tussen mannen en vrouwen in Nederland. Vanaf de Tweede Wereldoorlog kleurt de grafiek felrood, wat duidt op een ernstige oversterfte bij mannen. Dat hebben ze vooral te danken aan hun tabaksmisbruik. Interessanter is dat mannen ook daarvoor tussen hun 45e en 65e een aanzienlijk hogere kans hadden om te overlijden. Bron: Kennislink.
 
Mogelijk werd dit verschil in sterftekansen op middelbare leeftijden door het verschil in sterfte aan hart- en vaatziekten veroorzaakt. Nog steeds leveren mannen hierdoor gemiddeld een jaar van hun leven in, zelfs nu ze grotendeels gestopt zijn met roken. Een natuurlijk verschil? Of is het stressgerelateerd? Of heeft het te maken de negatieve gevolgen van ijzerstapeling?
 
In ieder geval kunnen mannen wat hoopvoller zijn over de toekomst: hartkwalen kunnen beter worden behandeld en de effecten van het roken - waar mannen overigens beter tegen zijn bestand dan vrouwen - zullen langzaam verdwijnen. Momenteel kost de extra sterfte aan longkanker mannen nog een half jaar. Tel daarbij nog een half jaar op van de ziekten aan de ademhalingsorganen en het verschil in levensverwachting kan worden teruggebracht tot minder dan drie jaar.
 
De vraag is of er nog veel vanaf gehaald kan worden: ongelukken en geweld zullen meer mannenlevens eisen. De reden voor het verschil in levensverwachting is toch nog voor het grootste gedeelte een verschil in gedrag: waar mannen gedrag vertonen dat slecht is voor hun gezondheid (roken, risico's nemen, vechten), vertonen vrouwen vaker gedrag dat goed is voor hun gezondheid (gezond eten, om de haverklap naar de huisarts gaan). Toch zijn er optimisten die zeggen dat alles wel goedkomt. Fijn om te weten. En Jiroemon Kimura laat zien dat het mannen het echt wel in zich hebben om lang te leven, zelfs in een land waar het verschil in levensverwachting nog vele malen groter is dan in ons natte landje (86 om 79 jaar in Japan, een verschil van zeven jaar). Dat stemt mij hoopvol.

17-12-2012

De beer uit de vuilnisemmer

Afgelopen zaterdag speelde ik mijn tiende en laatste competitiewedstrijd van het jaar. Het was een mooi schaakjaar, waarin ik twee overwinningen boekte in de meesterklasse en het team zich wist te handhaven. Het was een vervelend schaakjaar, want we zagen Lennart Ootes vertrekken en we moesten afscheid nemen van Leon Pliester. Daarnaast waren mijn zes nederlagen ook wat te veel van het verkeerde. Twee van die zes nederlagen leed ik tegen Voerendaal, allebei met wit nog wel. Al met al was ik er dus weinig wijzer op geworden dit jaar, al was het niveau van mijn laatste partij wel beduidend hoger dan die van elf maanden geleden. Maar uiteindelijk was de verlegen meesterklassetopscorer toch te sterk voor me en werd ik geroutineerd naar een nederlaag gespeeld. Vervelend allemaal! Met het resterende programma (nog drie uitwedstrijden) zal het een hele klus worden om die 2½ uit 9 van afgelopen seizoen te verbeteren. Tijd voor een analyse met Chessflash:
 

16-12-2012

BSG terug bij af

Landskampioen Voerendaal opnieuw veel te sterk

Het was geen leuke wedstrijd, de wedstrijd die BSG in het begin van het jaar tegen Voerendaal speelde. De hele dag op pad voor een potje schaak, dat ook nog voor bijna niemand goed afliep: de ene nederlaag was nog pijnlijker dan de andere. Heel gek was de uiteindelijke 7½-2½-nederlaag overigens niet, want Voerendaal was op kampioenschapskoers en BSG was ten dode opgeschreven. Inmiddels zijn we ruim elf maanden verder en staan de zaken er heel anders voor: BSG handhaafde zich miraculeus en probeert sindsdien het predicaat degradatiekandidaat van zich af te schudden, terwijl de prolongatie van de landstitel geen haalbare kaart meer lijkt voor Voerendaal na twee competitienederlagen. Dus zouden er kansen moeten liggen voor BSG, dat het kalenderjaar 2012 thuis afsloot tegen de Limburgers.
 
Het werd echter een middag waarin bijna niets lukte bij het eerste tiental van BSG. De eerste slippertjes bleven nog zonder gevolgen: Robert Ris maakte op het oog soepeltjes remise tegen Andrey Oorlog, maar onder de oppervlakte was het volgens hem minder gestroomlijnd. Het was nog niks vergeleken de tempi die IM Alexander verspeelde in de opening, of de pionnen die GM Alexander kwijtraakte.
 
Gelukkig was er ook nog goed nieuws: Frank Erwich won opnieuw snel. Zo snel, dat ik er weinig van heb gezien. Voor de partij maakte hij zich zorgen omdat hij met zwart speelde, maar kennelijk wilde tegenstander Christian Braun zich te veel bewijzen en kreeg de kous op de kop. BSG op voorsprong, maar de gezichten bleven gespannen: op de meeste borden ging het bergafwaarts. De staart kreeg het flink te verduren: FM Henk werd vermorzeld door Invincible Ivo, terwijl Large in het Frans geen moment in zijn spel kwam tegen Thomas Trella en eveneens aan het lijstje verliezers kon worden toegevoegd. Meer kansen op een positief resultaat had Behirder, die op het punt stond meesterklassetopscorer Oscar Lemmers een resultaat te ontfutselen. Tijdsdruk? Overmoedig geworden? Feit was dat de stille kracht van BSG het punt even later aan de stille kracht van Voerendaal moest laten. 5 uit 5 en dat steeds met zwart. Wat een geweldenaar!
 
De geweldenaars van BSG kwamen ditmaal totaal niet uit de verf. Berelowitsch had tegen Michail Saltajev de schade beperkt weten te houden tot een pion in het eindspel, maar die pion was niet meer af te stoppen. En Ewood dan? Van hem had ik hoge verwachtingen: in Bochum wordt bijna een standbeeld voor hem opgericht, want hij weet wel hoe je die Duitse schakers aanpakt. En dan zat hij ook nog aan het negende bord, waar hij opnieuw Christof Sielecki tegenover zich kreeg. Tijd om wat recht te zetten, zou je denken. Niets was minder waar: Ewood moest al snel het loperpaar opgeven, waarna zijn tegenstander alsmaar profylactische zetjes bleef spelen, speculerend op het langetermijnvoordeel van het loperpaar. Die tactiek werkte helaas perfect. Na afloop kon de verliezer niet veel meer uitbrengen dan wat zinnetjes als: "You have to choose situations when to be aggressive and when not to be aggressive." Wijze woorden.
 
Ook Ton van der Heijden trof een oude bekende: ditmaal maakte hij remise tegen Patrick Driessens, maar daar was hij allerminst tevreden mee. Door een moment van onoplettendheid moest hij in eeuwig schaak berusten, maar er had veel meer in gezeten. Wel scoorde hij het enige halfje aan de laagste borden, die opnieuw de zwakste schakel van het team vormden.
 
De stand was 2-6 en daarmee was de wedstrijd beslist. Er waren nog twee partijen bezig: Tea Lanchava moest na een lang gevecht buigen voor Daniel Hausrath. Leuker waren de ontwikkelingen bij IM Alexander, die na een rommelige tijdnoodsfase een goede stelling had overgehouden tegen Felix Levin. Hij had een leuk pionnenblokje bij de zwarte koning als compensatie voor de twee kwaliteiten. Hij wikkelde rustig af naar een totaal gewonnen eindspel. Een mooi slot van een toch wel erg teleurstellende wedstrijd.
 
BSG (2333) - Voerendaal (2429) 3-7
1. R Ris m (2388) - A Orlov g (2539) ½-½
2. A Berelowitsch g (2565) - M Saltajev g (2481) 0-1
3. F Erwich f (2361) - C Braun m (2397) 1-0
4. A van Beek m (2307) - F Levin g (2506) 1-0
5. T Lanchava m (2320) - D Hausrath m (2473) 0-1
6. L Ootes (2358) - T Trella f (2408) 0-1
7. H van der Poel f (2242) - I Wantola f (2366) 0-1
8. J de Groote (2150) - O Lemmers m (2381) 0-1
9. E de Groote (2354) - C Sielecki m (2398) 0-1
10. T van der Heijden (2280) - P Driessens f (2343) ½-½

Na afloop gingen zowel BSG 1 als BSG 2 naar de gebruikelijke Italiaan. De spelers van het tweede hadden heel wat meer noten op hun zang: ze wonnen met verbijsterend gemak van Tal/DCG en blijven in de race om het kampioenschap. Alles zal afhangen van de onderlinge wedstrijd tegen Zukertort 2, maar dat is pas over drie maanden, na de winterstop. BSG 1 is aan de andere kant van de ranglijst te vinden, nu ook Utrecht en de Kennemer Combinatie voorbij zijn gegaan. Het team gaat op een degradatieplaats de winterstop in en in dat opzicht eindigt het jaar zoals het begonnen is: in mineur. Het enige positieve is dat het team in Frits van Gelder mogelijk een psycholoog krijgt.

12-12-2012

Life is chess

Het is geen rocky road, cosmic symphony of a tunnel with black light at the end en zeker niet like a fire of een andere Scheissmetaphor. Life is chess! Om dat te illustreren neem ik jullie mee naar een schaakpartij die ik in Amstelveen speelde. Iedereen die wilde, mocht een zet doen en ik voorzag ze van tijd tot tijd van bruikbaar advies. Achteraf is het makkelijk praten: ik had me waarschijnlijk meer met de partij moeten bemoeien, want het liep enorm uit de hand. Voor degenen die geïnteresseerd zijn, geef ik hier de zetten in lange notatie, dus pak je schaakbord maar en kijk mee. Verwacht overigens geen schaaktechnische hoogstandjes.
 
De Parel van Amstelveen - Consultatiepartij
 
1.Pg1-f3 d7-d5 2.g2-g3 Het is niet helemaal mijn opening, maar niet slecht. Ik stemde daarom toe met het fianchetteren van de koningsloper - een term die ze niet leken te begrijpen. 2...Lc8-g4 3.Lf1-g2 Lg4xf3 4.Lg2xf3 Pg8-f6. Tot zover ging alles nog naar wens, maar er was onrust uitgebroken in het witte kamp. Het ging niet goed meer tussen de koning en dame. De dame voelde zich beklemd en ze kon geen kant op. De bom barstte rond dit moment en er werd van hogerhand ingegrepen. De koning moest opkrassen en op c8 was nog een veld vrijgekomen: daar kon hij mooi naartoe verkassen. Behalve dat die zet volstrekt tegen de schaakregels was, leek het de koning ook niet zo'n goed veld, zo naast de zwarte dame. Naar alternatieven werd ook niet gekeken, dus werd de patstelling maar opgeheven door de witte dame in het zwarte kamp te plaatsen: 5.Dd1-c8.
 
Stelling na 5.Dd1-c8.

De volgende zetten werden zonder mij gespeeld: 5...e7-e5 6.0-0 Ke8-e7 7.Lf3-h1 Ke7-d6. De zwarte koning plande ook een verhuizing, zij het in zijn eigen tempo - een stapje per zet. Inmiddels mocht de witte koning weer wat dichter in de buurt van de dame komen: 8.Kg1-g2. De zwarte koning trok weer wat verder de wijde wereld in: 8...Kd6-c6. En de dame ook, voorzichtig toenadering zoekend: 9.Dc8-g4.
 
Stelling na 9.Dc8-g4.
 
Zwart vervolgde vrolijk met 9...Pf6-d7, waarna de witte koning kwispelend tussen de pionnetjes door liep: 10.Kg2-f3. Na 10...Dd8-h4 nam de witte dame geschrokken de benen: 11.Dg4-d4. Door de interne spanningen kon de zwarte dame zowaar straffeloos een pion meepikken: 11...Dh4xh2. De witte koning had zijn lesje nog niet geleerd en hij zocht met 12.Kf3-e3 nogmaals toenadering. De witte dame, die ook nog eerst moest wachten op een zet van zwart, kreeg het nu helemaal benauwd. Na 12...Pb8-a6 13.Dd4-b4 kon ze eindelijk vluchten en was mijn rol in de partij uitgespeeld. De slotzetten werden er snel achter elkaar uitgepoept. Eerst vond de witte dame een veilig plekje, daarna kreeg de witte koning gezelschap van de zwarte dame: 13...Pd7-c5 14.Db4-a5 Dh2xg3+ 15.Lh1-f3 Dg3-f4#.
 
Stelling na 15...Dg3-f4#.

Buiten mijn weten om had de zwarte dame de witte koning per ongeluk matgezet. Het duurde nog even voordat iedereen erachter was gekomen: de monarch kan inderdaad geen kant meer op. Het werd duidelijk dat er op dit bord geen plek meer was voor de witte koning: hij moest op een ander bord verder spelen. En zo geschiedde. Hij ging terug naar zijn pappie en mammie, waarna hij meer succes had in de interne competitie van zijn dorpsschaakclub. Gelukkig kun je met schaken ook winnen.

05-12-2012

Lieve Sinterklaas

De goedheiligman en zijn Amerikaanse evenbeeld. Foto: Plazilla.com.

Ik hoef geen pepernoten, geen chocoladeletter, geen fiets, geen games, geen DVD's. En weet je, er is nog meer wat ik niet wil. Ik wil niet dat mijn goede vriend Vincent Rothuis wordt uitgelachen. Ik hoop dat hij weer de erkenning en waardering van vroeger krijgt.

Als tegenprestatie geef ik u een cadeau namens Vincent: hieronder deelt hij een aantal internetpartijtjes tegen Raffael met ons. Met wilde offers en creatieve manoeuvres brengt hij ons terug naar de goede oude tijd, toen gambieten nog gambieten waren en kinderen tevreden waren met een letter van banket in hun schoen.
 

Chessflash.

En o ja, doet u mij toch maar een lekkere chocoladeletter. Dank u, Sinterklaasje!

04-12-2012

"Dat kutvoetbal"

Dat konden weleens de laatste woorden van Richard Nieuwenhuizen, de grensrechter die afgelopen zondag in elkaar werd getrapt, zijn geweest. Na afloop van de in 2-2 geëindigde wedstrijd Buitenboys B3 - Nieuw Sloten B1 had hij het aan de stok gekregen met een aantal spelertjes van de uitploeg. Meestal gaat zoiets over de onbenulligste dingen, maar daar hadden de vechtersbaasjes geen boodschap aan. Als hyena's stortten ze zich op hun prooi, die nog probeerde te ontsnappen, om vervolgens opnieuw tot moes getrapt te worden. Gisteren stierf hij aan zijn verwondingen.

Het nieuws schokte het hele land, niet alleen de voetbalwereld. Iedereen sprak er schande van en iedereen had er wel een mening over. Sportvereniging Nieuw Sloten wist niet hoe snel ze de (waarschijnlijke) daders moest royeren. Als klap op de vuurpijl werd het gewraakte B1-team per direct uit de competitie gehaald. Paniekvoetbal? Nee, de vereniging had geen keus om de tsunami van kritiek die hun etterbakken hadden veroorzaakt zo veel mogelijk in te dammen.

En toch was het een raar verhaal en lijkt het erop dat de thuisploeg ook wel iets aan te rekenen valt. Waren er geen getuigen? Waarom greep niemand in? En waarom is er na afloop niks voor het slachtoffer gedaan? Natuurlijk had men de fatale afloop moeilijk kunnen zien aankomen, maar het lijkt me niet meer dan normaal om als je zo bent mishandeld (hij werd tegen z'n hoofd geschopt) naar de dokter te gaan - en vervolgens naar de politie om aangifte te doen van zware mishandeling.

In plaats daarvan ging de grensrechter nog even naar huis, om even later weer een wedstrijd bij te wonen. Toen pas ging het mis en werd hij in allerijl naar het ziekenhuis vervoerd, waar hij een tweede terugval kreeg. Ditmaal met fatale gevolgen.

Het is natuurlijk de vraag of hij het had overleefd als er sneller was ingegrepen. Helaas is onverschilligheid met betrekking tot de eigen gezondheid typisch mannelijk gedrag, net als conflicten uitvechten en het jagen op status. Afgelopen zondag kwamen die drie elementen op een ongelukkige manier samen en dat resulteerde in een tragedie.

Het weerhield de oprichter van de Partij voor Rechtvaardigheid, Daadkracht en Vooruitgang er niet van de suggestie te wekken dat de grensrechter het drama aan zichzelf had te wijten - grensrechters in het amateurvoetbal waren volgens hem immers maar vervelende, partijdige mensen. Het lijkt me stug dat hij weet wat er precies is voorgevallen, dus kun je stellen dat hij op zijn best voor zijn beurt heeft gepraat. Op zijn slechtst was het een Luuk Koelman-achtige poging om in het nieuws te komen. Het getuigt in ieder geval niet van veel inlevingsvermogen - een eigenschap die Peter R. de Vries naast bescheidenheid helaas met node mist.

In ieder geval woedt er in Nederland nog een storm door de wereld van het amateurvoetbal. Ironisch genoeg volgde deze raadselachtige, doch tragische aaneenschakeling van gebeurtenissen net nadat een speler van Sporting Noord, een andere Amsterdamse amateurclub, een gevangenisstraf van drie jaar had gekregen voor het doodtrappen van een bejaarde toeschouwer. Het betekende meteen de doodsteek voor zijn club, die kort na het incident ophield te bestaan. Dat is dan weer het zelfregulerend vermogen van de samenleving, het enige wat me op dit moment hoopvol stemt. De gevolgen van het excessieve geweld stralen wel uit naar het Amsterdamse voetbal. Dat is duidelijk te zien aan Ajax, de exponent van deze neergang, dat als landskampioen aan de Champions' Leag moet meedoen en keer op keer klop krijgt. Momenteel struggelen ze in het Bernabejou-stadion tegen het B-team van Real Madrid. Ondanks alles geldt nog steeds: oost west, thuis best. Ook met dat kutvoetbal.

02-12-2012

Twee miniatuurtjes

Vorige week verloor ik binnen de korste keren een partij in de competitiewedstrijd Groninger Combinatie - BSG. Gelukkig wist ik die afgang een beetje te verdoezelen met een overwinning in de interne competitie. Het waren geen lange partijen: al vroeg werd met succes de druk opgevoerd, net zolang totdat de verdedigende partij bezweek. Daarom nu de partijen, ter leering ende vermaak.



Deze partijen worden mede mogelijk gemaakt door Chessflash.

30-11-2012

Het formule 1-rapport

Na acht maanden en twintig races zit het formule 1-seizoen van 2012 er weer op. Het was een spannend kampioenschap, waarin aanvankelijk geen favoriet wilde opstaan. Ook ditmaal haalde Fattle het kampioenschap binnen, maar bleef het tot en met de laatste race spannend. Toch waren er ook andere winnaars, zoals herintreder Räikkönen, of de teams van Lotus en Williams. Verliezers waren er uiteraard ook. Denk aan McLaren. En wat te denken van de roemloze aftocht van Shoeface? Hoewel Mercedes eindelijk een race won, behoorde het team eveneens tot de verliezers. Niets was te gek in 2012. Het was een te gek formule 1-seizoen, waarin de kijker de grootste winnaar was.
 
Coureurs
 
1. Sebastian Vettel (Fattle)
2012: wereldkampioen met 281 punten
Dat het dit seizoen zwaarder zou worden dan het uiterst succesvolle 2011, dat was nog wel te verwachten. Maar dat Red Bull in de eerste races door McLaren en zelfs Mercedes om de oren werd gereden, dat had echt niemand verwacht. We kregen een andere kant van Sebastian Vettel te zien: die van een verongelijkt jongentje. Wat baalde hij dat hij ditmaal niet de snelste bolide onder zijn kont had. Wel bewees hij het ongelijk van zijn criticasters met sterke optredens in de race. Al snel was hij weer titelkandidaat, maar pas na de zomerstop ging hij echt los en liet hij de verstikkende dominantie van vorig jaar zien. De laatste races verliepen minder voorspoedig en na de eerste ronde in Interlagos hing zijn kampioenschap aan een zijden draadje. Maar hij reed ook nu weer een ijzersterke inhaalrace en scoorde met een zesde plaats precies genoeg voor de titel. Zelfs teamgenoot Mark Webber was diep onder de indruk en dat zegt heel veel.
9

2. Mark Webber
2012: zesde met 179 punten
Voor Mark Webber begon het seizoen precies het tegenovergestelde als voor zijn teamgenoot: na zijn zwakke optreden in 2011 liet Webber zien dat hij het wel in zich had om Fattle flink partij te bieden. Zelfs meer dan dat. Waar de concurrentie faalde, bleef Webber constant presteren. Hij was Fattle regelmatig de baas. Helaas gold dat alleen voor de eerste seizoenshelft. Na zijn overwinning in Silverstone liet hij weinig meer zien om trots op te zijn. Hij werd met de race gefrustreerder, wat resulteerde in veel onnodige aanrijdingen. Het had dramatische consequenties voor de stand: van titelkandidaat degradeerde Webber naar de zesde plaats in het rijderskampioenschap.
6
 
3. Jenson Button
2012: vijfde met 188 punten
Het is bijna niet voor te stellen, maar Jenson Button heeft dit jaar het kampioenschap aangevoerd. Dat was na de eerste race, toen alles er nog geweldig uitzag voor de McLaren-coureur. Hij kon zich toen nog niet bevroeden hoe zwaar hij het in de daaropvolgende races zou krijgen, waarin WK-punten vaak buiten bereik bleven en de titel steeds verder uit zicht raakte. Pas tegen de zomerstop kreeg Button het lek boven, maar er viel niks meer te redden. Tekenend was dat Alonso de Grand Prix van Singapore verliet met meer punten dan Button aan het eind van het seizoen had. Button kende nog wel drie dagsuccessen: naast de openingsrace won hij de eerste race na de zomerstop en de laatste race van het seizoen, maar de rest was prut.
4
 
4. Lewis Hamilton (Luis)
2012: vierde met 190 punten
Lewis Hamilton moet ongetwijfeld veel hebben geleerd van zijn vechtseizoen 2011, want dit jaar kwam hij veel beter voor de dag. Hij liet zich niet meer zo gek maken als toen en daardoor wist hij in het begin van het seizoen aan de lopende band punten te scoren. Een minpuntje was dat hij zijn snelheid in de kwalificatie niet in zeges om kon zetten: keer op keer gingen er kleine dingen mis, waardoor het tot de Grand Prix van Canada zou duren voordat de McLaren met startnummer 4 een race won. Het was niet de voorbode van iets moois, want in de daaropvolgende races lukte werkelijk waar niks en dus raakte de titel uit zicht. Luis had genoeg gezien en kondigde zijn overstap naar Mercedes aan, waar hij meer kans denkt te hebben om nog een keer kampioen te worden. En geef hem eens ongelijk, want met zeven polepositions, vier zeges en twee keer aan kop uitgevallen was Luis over het hele seizoen de snelste man. Maar hij werd slechts vierde in het WK. Dat doet zeer.
7
 
5. Fernando Alonso
2012: vicewereldkampioen met 278 punten
Wat zat hij er doorheen: na eerdere ontgoochelingen in 2007 en 2010, waar hij in de laatste wedstrijd de titel verspeelde, ging de titel ook dit jaar aan zijn neus voorbij. Maar hoewel Fernando Alonso drie punten achter drievoudig wereldkampioen Fattle eindigde, eindigde hij 88 punten boven Luis, 90 boven Button en 99 punten boven Webber. En dat met een Ferrari die opnieuw niet best was. Maar Alonso zeurde niet en bracht iedere keer het maximale resultaat mee naar huis. Soms was dat een vijfde plaats, maar als de concurrentie steekjes liet vallen, dan was Alonso er als de kippen bij om ze af te straffen. Zijn overwinningen in Maleisië en Valencia waren om in te lijsten. Helaas zaten dergelijke buitenkansjes er na de zomerstop niet meer in en moest Alonso aan schadebeperking doen. Dat deed hij, want naast de startcrashes in België en Japan stond hij in elke race op het podium. Het was niet genoeg voor de titel, omdat Fattle vaak op de hoogste trede van het podium stond. Maar dat hij de titel in Brazilië korte tijd virtueel in handen had, was een prestatie van formaat.
10
 
6. Felipe Massa
2012: 7e met 122 punten
“Weg moet die man!”, dat was de reactie van de meeste formule 1-kenners na de eerste Grand Prixs van dit seizoen. En inderdaad: wat Felipe Massa in die races liet zien was beneden alle peil. De Ferrari was in die races geen prettige wagen om mee te werken, maar waar Alonso in Maleisië won, eindigde Massa bijna een ronde achter zijn teamgenoot, ver buiten de punten. En dat terwijl Sauber-coureur Perez die race gewoon tweede werd. Waarom bood Ferrari die gast geen contract aan? Niemand die het begreep. Massa’s prestaties verbeterden echter gedurende het seizoen en hij was de ideale waterdrager voor Alonso. Hoewel zijn status als nummer-2-coureur hem de nodige punten kostte, scoorde hij na de zomerstop meer punten dan Luis en Webber en daarmee beloonde hij het vertrouwen dat Ferrari in hem heeft gesteld.
6
 
7. Michael Schumacher (Shoeface)
2012: 13e met 49 punten
2012 had het oogstjaar moeten worden voor Michael Schumacher. Natuurlijk zou Mercedes niet meteen in het eerste seizoen een winnende auto hebben en ook 2011 was nog te vroeg. Maar voor dit jaar zag het er goed uit: de auto kon zich in het begin van het seizoen met de snelsten meten. Toch leverde dat niet meteen goede resultaten op: keer op keer stond de Mercedes met startnummer 7 langs de kant van de weg. Na de Grand Prix van Canada was Shoeface vier keer met pech uitgevallen, een keer had hij het volledig aan zichzelf te wijten: in Spanje klapte hij bovenop Senna. Het leverde hem meteen een gridstraf op voor de Grand Prix van Monaco, waar hij zich prompt op poleposition kwalificeerde – maar slechts als zesde mocht starten. Succes was er nog in de straten van Valencia, waar hij dankzij een goede strategie oprukte naar de derde plaats bij de finish. Het zou zijn enige Mercedes-podiumplaats worden, want naarmate het seizoen vorderde, zakten de grijze bolides steeds verder richting de staart van de grid, om in de races doorgaans nog verder weg te zakken. Shoeface bezegelde zijn lot in Singapore, waar hij opnieuw bovenop een andere wagen klapte, ditmaal Vergne. Een paar dagen werd Luis gecontracteerd bij Mercedes en moest Shoeface wijken. Een zevende plaats in zijn afscheidsrace voorkwam een afgang via de zijdeur, al was zijn laatste race bij Ferrari veel heroïscher. Nu zal zijn laatste race vooral worden herinnerd als de race waarin hij nadrukkelijk aan de kant ging voor Fattle, zijn opvolger. Erg spijtig.
5
 
8. Nico Rosberg
2012: 9e met 93 punten
Ook in 2012 was Nico Rosberg de beste Mercedes-coureur. In China had hij de eer om zijn eerste poleposition en Grand Prix-overwinning te boeken. Het was het succes waar het Mercedes-team al ruim twee jaar naar op zoek was. Het kreeg echter geen vervolg, al stond Rosberg ook in Monaco op het podium, ditmaal als tweede. Daarna was de koek echter op en kwam hij niet meer in de buurt van het podium. Rosberg moest het doen met nog een aantal puntenfinishes en in de slotfase van het seizoen was zelfs dat te veel gevraagd: hij bleef de laatste zes races droog staan. Het was een droevig einde voor een seizoen dat zo mooi begon. Maar die Grand Prix-zege nemen ze hem niet meer af.
7
 
9. Kimi Räikkönen
2012: derde met 207 punten
Het was geen nette manier waarop Kimi Räikkönen in 2009 Ferrari verliet. Hij kreeg een oprotpremie om plaats te maken voor Fernando Alonso. Na een paar jaar rallyrijden kreeg hij bij Lotus een tweede kans. Daar heeft Lotus geen spijt van gekregen, want Räikkönen was het afgelopen jaar ongelooflijk goed. Alsof hij nooit weg was geweest. Räikkönen was snel, gretig en vooral ongelooflijk betrouwbaar: hij finishte in alle races – slechts eenmaal buiten de punten. Hij was regelmatig op het podium te vinden, maar de overwinning wilde maar niet lukken. Tot de knotsknettergekke race van Abu Dhabi, waarin hij zijn engineer ijskoud duidelijk maakte dat-ie z’n kop moest houden, om vervolgens stoïcijns als eerste over de streep te komen. Een briljante race in een briljant seizoen als herintreder. Met een derde plek tussen de Red Bull- en Ferrari-coureurs overtrof hij alle verwachtingen.
10
 
10. Romain Grosjean (Schrootjean, First Lap Nutcase)
2012: 8e met 96 punten
Ook Romain Grosjean kreeg een tweede kans, nadat hij in 2009 de ondankbare taak had om halverwege het seizoen Piquet te vervangen. Daarmee hielden de overeenkomsten tussen de Lotus-coureurs op, want waar Räikkönen meer ronden aflegde dan wie dan ook, was Grosjean hekkensluiter. Veel te vaak ging het al bij de start mis. Keer op keer elimineerde hij zichzelf nog voor de race goed en wel onderweg was. Dieptepunt was ongetwijfeld de startcrash in België, waar hij in een actie vier man elimineerde. Voor straf moest hij de volgende race van de kant toekijken, om een paar races later in Japan Webber bij de start achterstevoren te tikken, dit tot grote woede van de Australiër. Door het gehannes bij de start zou je bijna nog zijn goede optredens vergeten. Zo was hij in de kwalificatie vaak erg snel en scoorde hij in Canada een zeer knappe tweede plaats. Hoogtepunt van het jaar had Valencia kunnen worden, maar toen beroofde een kapotte dynamo hem van een goed resultaat. Door de vele uitvalbeurten bleef een hoge klassering uit – teamgenoot Räikkönen haalde ruim twee keer zo veel punten. Dat moet volgend jaar echt beter.
5
 
11. Paul di Resta (DRS’ta)
2012: 14e met 46 punten
Net als in 2011 begon Paul di Resta sterk aan het seizoen. Hij profiteerde in de eerste races van de fouten van anderen en reed in Bahrein een slimme race, die hem een zesde plaats opleverde. Meer was op dat moment niet weggelegd voor de Force India, maar naarmate het seizoen vorderde, lieten de oranje-wit-groene bolides zich steeds meer van voren zien. In Singapore behaalde DRS’ta zijn beste resultaat uit zijn carrière: hij kwam in het kielzog van Alonso als vierde aan de finish. Helaas ging daarna het licht uit en werd hij continu overklast door teamgenoot Hülkenberg, die hem op de ranglijst passeerde en flink afstand nam.
6
 
12. Nico Hülkenberg
2012: 11e met 63 punten
Heel veel kon herintreder Nico Hülkenberg niet laten zien in het begin van het seizoen. De vervanger van de op non-actief gestelde Subtiel worstelde met de weinig competitieve wagen. In Valencia kwam de ommekeer en kwalificeerden beide auto’s zich in de top 10. Hülkenberg finishte die race als vijfde en verbeterde die prestatie na de zomerstop met een fraaie vierde plaats in België. In de tweede seizoenshelft was hij DRS’ta meestal de baas en sprokkelde daarmee de nodige puntjes. Het hoogtepunt had Brazilië moeten worden, waarin hij met Button het hele veld tot aan de safetycarperiode declasseerde. Door een ongelukkige aanrijding met Luis moest hij genoegen nemen met een vijfde plaats, dat had een beter lot verdiend. Met een beetje geluk had hij Force India eigenhandig voorbij Sauber, zijn nieuwe werkgever, in het kampioenschap kunnen tillen. Nu kwam zijn slotoffensief te laat. Gelukkig hoeft hij volgend jaar geen opstartproblemen meer te overwinnen.
8
 
14. Kamui Kobayashi (Co Biaggi)
2012: 12e met 60 punten
Wat was iedereen blij voor Kamui Kobayashi toen hij tijdens zijn thuisrace naar het podium mocht. Het was moeilijk voor te stellen, maar de man die in 2009 als invaller voor Timo Glock indruk maakte met zijn wilde rijstijl, moest er nu alles aan doen om een stoeltje voor volgend jaar te bemachtigen. 2012 was geen gemakkelijk jaar, maar wat wil je ook met een teamgenoot als Perez? Die stond drie keer in het podium en vergeleken hem was zelfs Co Biaggi maar een saaie pief. En toch scoorde de constant presterende Co Biaggi (33 punten in de eerste seizoenshelft en 27 in de tweede) maar zes puntjes minder dan Perez en kwalificeerde hij zich driemaal in de top 3. Zo’n coureur verdient toch nog een jaartje in de formule 1?
7
 
15. Sergio Perez
2012: 10e met 66 punten
Gefeliciteerd! Sergio Perez gaat naar een topteam. Niet naar Ferrari, dat na elke podiumplek de boot afhield, maar naar McLaren, dat Luis zag vertrekken. En zeg nou zelf: om de overwinning gevochten in Maleisië en van de middenmoot naar het podium opgerukt in Canada en Italië in een Sauber, dan ben je steengoed. Tot zover was McLaren tevreden, maar het slot van het seizoen bewees het gelijk van Ferrari: nadat hij het contract had getekend, scoorde hij niets meer. In de laatste zes races viel hij maar liefst drie keer door een spin of botsing uit en daarmee haalde hij de glans van zijn voorbeeldige seizoen af. Een kwestie van keer op keer te veel hooi op z’n vork nemen, wat nergens voor nodig was. McLaren zal inmiddels wel spijt hebben.
7
 
16. Daniel Ricciardo
2012: 18e met 10 punten
Het was geen makkelijk eerste volledige formule 1-seizoen voor Daniel Ricciardo. Het tweede team van Red Bull had na een leuk 2011 weinig in de melk te brokkelen. Ricciardo was erg constant, hij finishte bijna alle races. Meestal zat hij in de buurt van de laatste punten, wat betekende dat hij soms een of twee punten wegkaapte, maar vaak ook niet. Zijn beste resultaat was een negende plaats, een resultaat dat hij nog drie keer evenaarde. Samen met twee tiende plaatsen leverde het hem tien punten in de eindstand op. Daar wordt niemand warm of koud van.
6
 
17. Jean-Éric Vergne
2012: 17e met 16 punten
Dankzij vier achtste plaatsen kan Jean-Éric Vergne met een enigszins goed gevoel terugkijken op zijn debuutjaar: hij kon goed mee met zijn teamgenoot. Hoewel Ricciardo acht keer voor Vergne finishte en Vergne maar zeven keer voor zijn teamgenoot, deed Vergne het op de momenten waarop het telde: als ze in de punten reden. Door twee achtste plaatsen voor de neus van de Australiër weg te kapen, eindigde Vergne boven hem in het kampioenschap. De overige races reed Vergne een beetje voor spek en bonen mee. Dat waren er behoorlijk veel, aangezien hij slechts vier keer uitviel. Drie keer door domme pech, een keer door een onnozele botsing met Co Valainen.
6
 
18. Pastor Maldonado (Pastoor)
2012: 15e met 45 punten
De Williams was snel. Of Pastor Maldonado was snel. Of allebei. In ieder geval was de combinatie tot mooie dingen in staat, al beperkten de hoogtepunten zich vooral tot de kwalificatie. In de race was Pastoor vooral erg bedreven in het vergooien van goede resultaten. De toon werd al in de openingsrace gezet, toen hij in de laatste ronde crashte en daarmee een zekere zesde plaats verspeelde. En wat te denken van de botsing met Luis in Valencia? Pastoors roekeloze rijstijl leverde hem bovendien de nodige straffen op. Toch was er een Grand Prix-weekend waar alles op zijn plaats viel: in Spanje won hij op grootse wijze. In die ene race scoorde hij meer punten dan in de andere negentien bij elkaar. Hoezo wisselvallig?
7
 
19. Bruno Senna
2012: 16e met 31 punten
In Brazilië reed Bruno Senna waarschijnlijk zijn laatste race in de formule 1. Met zijn tien puntenfinishes was hij de tegenpool van teamgenoot Pastoor, maar echt veel indruk maakte hij er niet mee. Het ging al mis in de kwalificatie, want waar Pastoor zich vaker wel dan niet in de top 10 kwalificeerde, lukte het Senna maar een keer. Dat hij zijn auto in de vrije trainingen aan (zijn vervanger) Valtteri Bottas moest afstaan, hielp hem ook niet echt. In de races toonde Senna zich vaak op zijn minst gelijkwaardig aan zijn teammaat, maar door zijn slechte kwalificatieposities zaten er geen echte uitschieters tussen op zondag. Verder dan een zesde plek in Maleisië kwam hij niet.
5
 
20. Heikki Kovalainen (Co Valainen)
2012: 22e met 2 dertiende plekken
Zou Heikki Kovalainen het geploeter in de achterhoede zat zijn? Het lijkt er wel op. Waar een uitgebluste Jarno Trulli nog een perfecte teamgenoot was om zijn geschonden blazoen mee op te poetsen, zo is Petrov misschien wel de teamgenoot die hem definitief de das om doet. Naarmate het seizoen vorderde kreeg Co Valainen steeds vaker klop van zijn Russische teamgenoot. Ook kwam hij in de races vaak als achterste Caterham over de streep. Op deze manier zien de topteams hem in ieder geval niet staan.
5
 
21. Vitali Petrov (Petjerov)
2012: 19e met een elfde plek
Werd in zijn debuutjaar door Kubica afgemaakt en een jaar later door Lotus aan de kant geschoven toen hij zich kritisch uitliet over het team. Je zou je kunnen voorstellen dat Vitali Petrov met een zwaar gemoed aan het formule 1-seizoen begon. Maar 2012 was eigenlijk een prima jaar voor hem. Hij hield zich verrassend goed staande tegen Co Valainen en maakte Caterham blij door op de valreep Charles Pic te verslaan, waarmee hij zijn team de tiende plek in het constructeurs-WK bezorgde. Hopelijk is die prestatie voldoende om hem nog een jaar langer bij het team te houden. Toch moet Petjerov er waarschijnlijk niet aan denken waar hij had kunnen staan als hij vorig jaar even op z’n tong gebeten had…
8
 
22. Pedro de la Rosa
2012: 25e met vier zeventiende plekken
Je bent 41 en je wilt nog in de formule 1 rijden. Wat doe je dan? Juist, je gaat naar hrt. Over Pedro de la Rosa’s seizoen valt weinig te zeggen: de hrt’s konden de andere teams niet bijhouden en zaten alleen de snellere deelnemers in de weg. Hoogtepunten kende De la Rosa niet, wel dieptepunten, zoals de kwalificatie in Melbourne en de totaal onnodige botsing met Grosjean in de kwalificatie van Brazilië.
5
 
23. Narain Karthikeyan
2012: 24e met een vijftiende plek
Een trage coureur in een trage wagen. Toch scoorde Narain Karthikeyan met een vijftiende plek in Monaco het beste resultaat van hrt van het seizoen. Ook wist hij teammaat De la Rosa een aantal keer in de kwalificatie te kloppen. Daarmee was zijn seizoen naar behoren verlopen, hoewel hij van geluk mag spreken dat hij het ongeluk met Rosberg in Abu Dhabi nog kan navertellen.
5
 
24. Timo Glock
2012: 20e met een twaalfde plek
Ook voor Timo Glock zijn de druiven zuur: nadat Toyota in 2009 de formule 1 verliet, hoopte hij ongetwijfeld bij een van de nieuwe teams progressie te maken. Dat viel tegen, want voor het derde jaar op rij kwam hij er niet aan te pas. Wel scoorde hij in de chaos van Singapore een bekeken twaalfde plek, maar door aanrijdingen met snellere deelnemers kon hij niet nog meer voor zijn team betekenen. Had in Pic een snelle teamgenoot waarmee hij venijnige duels uitvocht.
6
 
25. Charles Pic
2012: 21e met een twaalfde plek
Wat had Charles Pic zijn team blij kunnen maken als hij Petjerov achter zich had gehouden. Helaas kon hij zich zonder KERS niet staande houden in het oerwoud van blauwe vlaggen, waardoor de Rus de belangrijke elfde plek pakte voor Caterham. Toch presteerde Pic best goed en dat was voor datzelfde Caterham een reden om hem een contract aan te bieden. Kortom: een minipromotie, maar wie weet waar dit gaat eindigen.
6
 
Teams
 
Red Bull-Renault
2012: kampioen met 460 punten
Het was geen gemakkelijk jaar voor Red Bull: topontwerper Adrian Newey had zich verslikt in het nieuwe reglement, waardoor de Red Bulls in de eerste races achter de feiten aan liepen. Vooral in de kwalificatie lieten de kampioenen het liggen en daar lag vorig jaar juist hun kracht. Toch verdient het team lof voor de manier waarop ze ook in slechte situaties veel punten wisten te pakken. De blauwe bolides wisten in de race altijd wel een weg naar boven te vinden, vaak geholpen door afwijkende pitstopstrategieën. Niemand kreeg de zege zomaar cadeau. Toch gingen er nog genoeg mis, variërend van kapotte dynamo’s tot slecht getimede pitstops bij Mark Webber, maar door de bank genomen gooide Red Bull weinig punten weg. De beloning voor het harde werken kwam in de tweede seizoenshelft, toen de auto weer de snelste van het veld was. De concurrentie kreeg vanaf dat moment geen kans meer. Uiteindelijk haalde Red Bull het constructeurskampioenschap vrij eenvoudig binnen en daar had na de seizoenstart waarschijnlijk niemand op gerekend.
9
 
McLaren-Mercedes
2012: derde met 378 punten
Het seizoen begon prachtig voor McLaren: de zilveren bolides stonden gebroederlijk op de eerste startrij in Australië, waarna Button de race won. Al snel bleek dat McLaren niet in de voetsporen kon treden van Red Bull, dat vorig jaar de concurrentie had vermorzeld: op zondag ging gewoon veel te veel mis. Dat had vooral met de vele verprutste pitstops te maken. Iedere race liepen er wel een paar volledig in de soep, waardoor de McLaren-coureurs veel tijd en posities verloren. Halverwege het seizoen vond men het eindelijk tijd om eens op pitstops te oefenen. Prompt had McLaren de snelste pitstops van alle teams en dat werd trots de wereld in getwitterd. Het leed was echter al geleden, want door de vele gemorste punten moest McLaren risico nemen om aansluiting te krijgen in het kampioenschap. Het betekende dat de zilveren bolides keer op keer met panne langs de kant van de weg stonden als de prijzen werden verdeeld. Het gevolg: zelfs Ferrari ging McLaren nog voorbij. Luis had genoeg van het chronische amateurisme en tekende bij Mercedes, waarmee hij McLarens rampjaar compleet maakte.
4
 
Ferrari
2012: tweede met 400 punten
Na de openingsrace zou het weleens een heel moeilijk jaar kunnen worden voor Ferrari. Waren de Italianen in 2011 te conservatief geweest, het ontwerp van de wagen van 2012 was juist weer te radicaal. De windtunnel deugde niet en de wagen was in de eerste races niet vooruit te branden. Toch won Alonso er nog een race mee. De Spanjaard pakte elk haalbaar puntje en dat was nodig ook, omdat tweede rijder Massa er in het begin helemaal niets van bakte. De Braziliaan vond echter langzaam zijn vorm terug en was de ideale waterdrager voor Alonso. De versnellingsbakwissel van Massa in Amerika zal nog een klassieker worden. Alles was geoorloofd om Alonso aan de titel te helpen. Het lukte net niet. Maar de tweede plaats in het constructeurskampioenschap is zo mogelijk een nog grotere prestatie.
8
 
Mercedes
2012: vijfde met 142 punten
In 2012 zou Mercedes de sprong naar de top moeten maken. De W03 blijkt aanvankelijk ook een erg snelle auto te zijn, maar dan over een ronde. In de races blijven de grijze bolides banden vreten, waardoor Shoeface en Rosberg gedurende de race vaak ver terugzakken. In China hebben ze er geen last van en prompt wint Rosberg de race. Daarmee was 2012 succesvoller dan de jaren ervoor: in 2010 werden drie derde plaatsen gepakt en in 2011 bleef het podium steeds buiten bereik. Uiteindelijk stokte de teller in 2012 op drie podiumplaatsen, maar wat teleurstellender was: de gebruikelijke vierde plaats in het constructeurskampioenschap was nu zelfs al te hoog gegrepen. 214 punten in 2010, 165 in 2011 en slechts 142 in 2012: ondanks alle goede bedoelingen gaat het ieder jaar slechter. Kind van de rekening is Shoeface. Nadat Luis bij het team had getekend, werd duidelijk dat hij na drie jaar trouwe dienst kan opkrassen. Hoogstwaarschijnlijk is toen direct alle aandacht naar de ontwikkeling van de wagen van volgend jaar gegaan, want het had niet veel gescheeld of het team was de laatste zes races puntloos gebleven. In 2013 moet Mercedes dan maar de sprong naar de top maken…
4
 
Lotus-Renault
2012: vierde met 303 punten
Na een succesarm 2011 besloot Lotus het in 2012 over een andere boeg te gooien: geen revolutionair uitlaatsysteem meer en twee nieuwe coureurs. Het pakte geweldig uit: de auto was vooral in de race erg snel en met name Räikkönen liet een ijzersterke indruk achter. Het hele seizoen waren de zwart-gouden bolides aan kop te vinden, dus de vraag is gerechtvaardigd waarom het team niet verder kwam dan een vierde plek bij de constructeurs. Dat had te maken met een gebrek aan gogme: te vaak kozen ze de verkeerde pitstopstrategie en te vaak bleven de Lotus’ in het verkeer steken. Hierdoor werd het sterke punt van de bolide, de geringe bandenslijtage, onvoldoende benut. Daarnaast had je nog Grosjean, die weliswaar snel was, maar ook bij talloze startincidenten betrokken was en fout op fout stapelde. Dat Lotus de Zwitserse Fransoos nog geen contract onder de neus heeft geschoven, is in dat opzicht wel te begrijpen. Ondanks de goede prestatie in 2012 is er dus nog voldoende ruimte voor verbetering. Zal het team weer net zo toonaangevend worden als toen het nog Renault heette?
8
 
Force India-Mercedes
2012: 7e met 109 punten
Op financieel gebied was het een roerig jaartje voor de Indiase renstal. Een faillissement lijkt te zijn afgewend. Op de baan was er van de onrust geen sprake. De wagens waren erg betrouwbaar – zij het niet enorm snel. Aanvankelijk verliepen de kwalificaties matig, maar vanaf de Europese Grand Prix was dat probleem opgelost. Wel hadden de Force India’s moeite om hun goede kwalificatieposities om te zetten in goede resultaten: vaak zakten ze gedurende de race wat terug. Toch werden er vaak punten gepakt: slechts in vier races bleven beide Force India-rijders puntloos. Het constante presteren betekende helaas wel dat het podium buiten bereik bleef, al kwamen DRS’ta en Hülkenberg met allebei een vierde plek wel in de buurt. Al met al geen slecht jaar voor het voormalige Spyker.
7
 
Sauber-Ferrari
2012: 6e met 126 punten
Grilligheid typeerde het seizoen van Sauber. De ene race stond er een witte bolide op de tweede startrij, de andere race bleven ze achter in de middenmoot steken. Wel waren de bolides in de race vaak enorm snel – nog steeds heeft het team de Pirelli-banden het beste door van iedereen. Perez presteerde het om in Canada en Italië vanuit de middenmoot naar het podium te rijden, een ongelooflijke prestatie. Uiteindelijk pakte Sauber vier podiumplaatsen. De overwinning zat er helaas niet in, al was Perez in Maleisië dichtbij. Door een stuurfout in de slotfase moest hij met de tweede plek genoegen nemen. Zijn seizoen eindigde, ondanks de overstap naar McLaren, eveneens in mineur. Keer op keer vergaloppeerde hij zich en bewees zijn team daarmee geen dienst. Hoewel Co Biaggi in Japan nog een podiumplek scoorde, was het niet genoeg om Mercedes bij de constructeurs te passeren. Dat zal Monisha Kaltenborn, de nieuwe teambaas, ook niet lekker zitten.
7
 
Toro Rosso-Ferrari
2012: 9e met 26 punten
Kleurloos. Een ander woord is er niet om de prestaties van Toro Rosso in 2012 te omschrijven. De problemen bij Red Bull hadden hun weerslag op het tweede team, dat enkel als veldvulling leek te dienen. Natuurlijk doet het team dienst als opleidingsinstituut voor jonge coureurs, maar waar Alguersuari en Buemi vorig jaar in de races indruk maakten, reden Ricciardo en Vergne met een onzichtbaarheidsmantel om.
5
 
Williams-Renault
2012: 8e met 76 punten
Na Lotus was Williams het meest verbeterde team van 2012. In 2011 was de wagen nog hopeloos traag en scoorde het team vijf magere puntjes. Alles moest anders, dus werd ontwerper Sam Michael vervangen door Mike Coughlan en werden de Cosworth-motoren ingewisseld voor Renault-motoren. Gelijk ging het een stuk beter. In de kwalificatie liet Pastoor zien waar de auto toe in staat was: de Venezolaan kwalificeerde zich vaak in de top 10, met als uitschieter de poleposition in Spanje. Een dag later maakte hij de feestvreugde compleet door de race ook te winnen. Helaas werd het potentieel van de wagen vaak niet benut: Pastoor verloor veel punten door domme aanrijdingen, terwijl Senna in de kwalificatie veel te veel liet liggen. Het gevolg was dat Williams bleef steken op een wat magere achtste plaats in het kampioenschap. Is Valtteri Bottas de topcoureur die het team een gouden toekomst bezorgt?
8
 
Caterham-Renault
2012: 10e met 11e plek
Het had niet veel gescheeld of het seizoen 2012 was in een enorme teleurstelling geëindigd voor het ambitieuze achterhoedeteam. Het team had redelijk wat geld en is eigenwijs genoeg om op eigen kracht, dus zonder samenwerking met andere teams, naar de top door te stoten. Dat is in 2012 niet gelukt: de middenmoot bleef weer buiten bereik en tot de laatste rondes van de laatste race leek het team zelfs naast de gebruikelijke tiende plaats in het constructeurskampioenschap te grijpen. Uiteindelijk kwam alles nog goed, al bleef het team voor het derde seizoen op rij puntloos. Teleurstellend.
5
 
HRT-Cosworth
2012: 12e met 15e plek
Na drie seizoenen in de onderste regionen te hebben gebivakkeerd, lijkt het Spaanse team eindelijk op sterven na dood. Behalve Pedro de la Rosa zal niemand er rouwig om zijn. Hrt liet ook in 2012 helemaal niks zien. Het enige waar ze in uitblonken was de snellere deelnemers danig in de weg zitten. Het is een schande dat dit team ooit is toegelaten tot het elitekorps van de formule 1.
4
 
Maroussia-Cosworth
2012: 11e met 12e plek
Het enige waar Maroussia in Brazilië op hoopte, was een normale race. De sterren stonden echter verkeerd in de slotrace, want het werd een knotsknettergekke race, waarin Pic in de slotfase de cruciale twaalfde plek verloor aan rivaal Petrov. Zodoende liep Maroussia de lucratieve tiende plek in het constructeurskampioenschap kwijt. Een pluspuntje: Hrt werd dit jaar wel verslagen, in tegenstelling tot de voorgaande seizoenen. Maar daar koopt het noodlijdende Maroussia niks voor.
6